EduXchange.NL

Pijngeneeskunde: van pillendoos tot high-tech!

GENMIN109Gezondheidszorg

Onmisbare kennis over pijn(behandeling) voor alle toekomstige medici! Een interessant vakgebied voor toekomstige klinisch technici! Pijn is een van de meest voorkomende klachten waarmee een patiënt zich bij de dokter meldt. Pijngeneeskunde, een pijler van de anesthesie, is een medische discipline die zich bezighoudt met de diagnostiek en behandeling van neuropathische en nociplastische pijn of zich richt op symptoomcontrole van nociceptieve pijn daar waar curatieve behandeling niet meer mogelijk is. Kennis van vele disciplines over bijvoorbeeld het zenuwstelsel, het bewegingsapparaat, maar ook oncologie, immunologie en psychologie komen tezamen in de Pijngeneeskunde.

Na deze minor weet je als dokter wat er mogelijk is en wat je zelf moet en kunt doen als een patiënt pijn heeft.
Word je klinisch technoloog? Er komt veel techniek kijken bij de diagnostiek (bijvoorbeeld Quantitative Sensory Testing) en invasieve behandelingen (bijvoorbeeld ruggenmergstimulatie) voor pijn.

In Nederland leven 2 miljoen mensen met pijn die ze elke dag onder ogen moeten zien. Vergeleken met andere chronische aandoeningen komt chronische pijn heel vaak voor. Veel vaker dan de geschatte prevalentie van diabetes (± 1.000.000), coronaire hartziekten (±300.000 ♀ / ± 1.000.000 ♂) en kanker (± 400.000). In de praktijk blijkt dat kennis van artsen over pijngeneeskunde regelmatig te gering is om zelfstandig een adequaat en verantwoord beleid in te zetten.

Tijdens deze verdiepende minor wordt ingegaan op de belangrijkste onderwerpen binnen de pijngeneeskunde. Pijngeneeskunde houdt een breed scala aan diagnostiek en behandelingsmodaliteiten in. Zo zijn er als behandelingsmodaliteiten farmacologische methoden middels analgetica, bijv. NSAID’s, opiaten of coanalgetica zoals tricyclische antidepressiva / anticonvulsiva. Daarnaast zijn er niet-farmacologische interventies als fysiotherapie en psychologische methoden zoals biofeedback en cognitieve therapie. Interventieprocedures zijn bijv. epidurale corticosteroïd injecties, zenuwworteldenervaties, neurolytische blokkades en ruggenmergstimulatie. Ook immunologische behandelingen staan in toenemende belangstelling.

Je leert wat pijn precies is, welke verschillende soorten pijn we onderscheiden, welke ziektebeelden pijn kunnen veroorzaken (hint: heel veel!) en welke behandelingen je in kunt zetten bij de verschillende soorten pijn.

Leerresultaten

Aan het einde van deze minor heb jij kennis van:

  • De classificatie en epidemiologie van pijn,
  • De anatomie, fysiologie en pathofysiologie van pijn
  • De mogelijkheden om pijn te meten.
  • Een gerichte pijnanamnese afnemen bij een patiënt met zowel acute als chronische pijnklachten
  • Een gericht lichamelijk onderzoek uitvoeren bij een specifieke pijnklacht
  • Een evidence based overweging maken over een in te zetten behandeling
  • De meest voorkomende pijnproblematiek herkennen en een (multidisciplinaire)behandelplan maken.
  • De farmacodynamische eigenschappen en bijwerkingen van pijnmedicatie, zodanig dat jij een behandelvoorstel kan doen met de WHO-pijnladder en co-analgetica.
  • De indicaties en begrijpt de toepassing van interventionele blokkadetechnieken en neuromodulatieve therapieën
  • Waar de toekomst van pijngeneeskunde zich naartoe ontwikkelt (high-tech diagnostiek (bijvoorbeeld MEG scanning) en therapie (bijvoorbeeld nieuwe vormen van neurostimulatie en inzet van biologicals)

Goed om te weten

Deze verdiepende minor is toegankelijk voor derdejaars bachelorstudenten Geneeskunde; ook voor studenten Klinische Technologie kan deze verdiepende minor een goede voorbereiding zijn voor het masterblok. De maximale groepsgrootte van de minor Pijngeneeskunde is 12 studenten.
De aanwezigheid voor alle minoronderdelen is verplicht

Onderwijsmethode en toetsing

Onderwijswerkvormen
Het onderwijs wordt waar mogelijk probleem-georiënteerd aangeboden middels casuïstiek waarbij de theorie als onderliggende kennis bestudeerd en toegepast moet worden om de lessen zo veel mogelijk interactief te houden.

  • Interactieve colleges van o.a. anesthesioloog-pijnspecialisten, neurologen, overige medisch specialisten (o.a. neurochirurgen, plastisch chirurgen), psychologen, fysiotherapeuten en klinisch technologen.
  • Patiëntdemonstraties
  • Skills-lessen: je leert o.a. een pijnanamnese afnemen, lichamelijk onderzoek bij pijnklachten uitvoeren en pijnmetingen verrichten
  • Wekelijkse meeloopstages in de kliniek, op de diverse poliklinieken, ingrepen op de dagbehandeling (echo en röntgengeleide zenuwblokkades) en de operatiekamers (plaatsen neurostimulatoren en intrathecale pompen).
  • Individuele begeleiding door een anesthesioloog-pijnspecialist bij de schriftelijke opdracht
  • Lab meetings waarbij je kennis maakt met “on the edge” onderzoek naar nieuwe ontwikkelingen in de diagnostiek en behandeling van pijn (Bijvoorbeeld MEG scanning voor visualisering van pijn in het brein, mechanisme georiënteerde behandelingen met biologicals voor het onder controle krijgen van inflammatoire ziektebeelden die het pijn systeem aantasten, inzetten van neurostimulatie voor behandeling van medicamenteus onbehandelbare chronische clusterhoofdpijn

Onderwijsmateriaal
Er wordt gebruik gemaakt van het Handboek Pijngeneeskunde, uitgegeven bij de Tijdstroom in 2014. Het boek wordt gratis ter beschikking gesteld door de afdeling.
Door docenten wordt evt. aanvullend lesmateriaal ter beschikking gesteld.
Voor de zelfstudieopdrachten en het schriftelijk product kan gebruik worden gemaakt van de faciliteiten van de bibliotheek van de faculteit Geneeskunde van het Erasmus MC.

Tentaminering
De toetsing bestaat uit 3 delen:

  • Een schriftelijk product: per student een casusbeschrijving (de opdracht wordt in de eerste week van de minor besproken)

  • Een presentatie over het schriftelijk product

  • Een digitaal tentamen aan het eind van de minor

Het eindcijfer is als volgt opgebouwd:

  • Digitaal tentamen: 50%

  • Schriftelijk product: 50%

  • Presentatie: moet als voldoende beoordeeld zijn om een eindcijfer te verkrijgen

Studenten zijn geslaagd voor de minor als het eindcijfer een voldoende (5,5 of meer) is. Voor alle onderwijsvormen van de minor geldt een aanwezigheidsverplichting.
Bij een onvoldoende op één van de eindproducten, wordt in overleg met de minorcoördinatoren een passende opdracht / toets ingepland.

Link naar meer informatie

  • Studiepunten
    ECTS 15
  • Niveau
    bachelor
  • Email contactpersoon
  • Selectie minor
    Nee
Als er nog iets onduidelijk is, kijk even naar de FAQ van Erasmus University.
Er is momenteel geen aanbod voor studenten van Erasmus University