Over deze cursus
Het debat over nationalisme en identiteit neemt een centrale plaats in in de hedendaagse culturele antropologie en in de sociale theorie in bredere zin. Er is vrijwel geen gemeenschap op aarde die niet wordt geconfronteerd met processen van mondialisering en daarmee met een van de resultaten hiervan: de cultureel plurale, diverse of multiculturele samenleving. De relatie tussen identiteitsvorming en de natiestaat, met verschillende repertoires van burgerschap, in- en uitsluiting en identificatie, roept vragen op over raciaal-, cultureel-, etnisch- en/of religieus onderscheid. Deze vragen zijn niet alleen van wetenschappelijk belang maar ook van grote maatschappelijke betekenis. Vragen als wie ben ik?',
waar kom ik vandaan?' en waar behoor ik toe?' zijn niet eenduidig te beantwoorden en we zien mensen handelen en worstelen met meerdere, verschillende identiteiten. De meerduidige identiteit van (groepen) actoren kan strategisch ingezet worden en diverse symbolische doelen dienen, maar ook verwarrend of stigmatiserend werken. Het vraagt niet zelden specifieke sturing en beleid, teneinde enige maatschappelijke cohesie te waarborgen. En meer nog vraagt het een kritische analyse van (de geschiedenis van) kolonialisme en ras in onze samenleving alsook de hedendaagse conceptualisatie en werking van ‘witheid’. Deze cursus wil inzicht geven in de complexiteit van de meerduidige identiteit, waarbij met name etnische, religieuze en (trans)nationale identificaties alsmede de relatie tot racialisering en racisme onderwerp van studie zijn. Daar de thematiek een wereldwijd karakter heeft, richt de cursus zich op theoretische en historisch-comparatieve benaderingen, in plaats van een duidelijk afgebakende geografische of regionale invalshoek. De concepten nationalisme, identiteit en racialisering en bovengenoemde identificaties worden aan de hand van recente wetenschappelijke en maatschappelijke debatten belicht, waarbij ook de wording van begrippen en benaderingen alsmede de rol van de antropoloog als onderzoeker en eventuele
maker' van sociale werkelijkheden besproken wordt.
**Relatie tussen toetsen en leerdoelen**
Met het tentamen (60% van het totaalcijfer) wordt kennis van de belangrijkste theoretische benaderingen, concepten en auteurs op het gebied van etniciteit en nationalisme getoetst (leerdoelen 1), tevens wordt de kennis van en analytische verbinding met verwante begrippen in het studiegebied getoetst (leerdoelen 1) alsmede de toepassing hiervan op actuele vraagstukken (leerdoelen 1 en 2).
In het paper (een academisch essay, 40% van het totaalcijfer) staat het toepassen van de verworven kennis centraal bij het formuleren van een academisch betoog dat een actueel maatschappelijk vraagstuk analyseert en duidt op basis van overtuigende argumenten die ondersteund worden door conceptuele kennis van de cursusliteratuur (leerdoel 1 en 2).
Naast deze formele toetsmomenten verdiepen studenten hun kennis van een toonaangevend werk op het gebied van nationalisme door *close reading*, het formuleren van vragen, het presenteren, bespreken in groepsvorm van een standaardwerk (leerdoelen 1 en 2); deze wordt niet individueel beoordeeld maar is onderdeel van de inspanningsverplichting binnen de cursus.
Leerresultaten
- Het verdiepen van kennis van en inzicht in de belangrijkste theoretische benaderingen, concepten en auteurs op het gebied van nationale identiteit, etniciteit, racialisering, racisme en witheid.
- Het leren duiden van wetenschappelijke en maatschappelijke problematiek en debatten omtrent verwante begrippen zoals culturele, etnische-, religieuze en (trans)nationale identificatie.
Voorkennis
Je moet voldoen aan de volgende eisen
Bronnen
- Book Wordt later bekend gemaakt
- Literature Eventuele artikels en aanvullend materiaal worden via Blackboard tijdig bekend gemaakt. Artikels zullen full text beschikbaar zijn of anderszins beschikbaar worden gesteld.
Aanvullende informatie
- Meer infoCursuspagina op de website van Utrecht University
- Neem contact op met een coordinator
- StudiepuntenECTS 7.5
- Niveaubachelor