Beleid en Management in de publieke sector

MINFSWB001
Gedrag en maatschappij

Over deze minor

Deze minor is een inleiding in de bestuurskunde en geeft naast een inleiding bestuurskunde (‘module inleiding’) dieper inzicht in de twee belangrijkste onderdelen van deze discipline:

  1. hoe beleid tot stand komt (‘module beleid’); en
  2. wat specifiek is aan management in een publieke context (‘module publiek management’).

Er is zowel aandacht voor de kern van de bestuurskunde (het openbaar bestuur) als voor belangrijke publieke sectoren zoals bijvoorbeeld zorg en onderwijs en de rol van zelforganisatie door burgers.

Als burgers hebben we allemaal te maken met overheidsbeslissingen omtrent de aanpak van maatschappelijke vraagstukken. Ook in ons professionele leven komen we veelvuldig in aanraking met de overheid als de partij waaraan we als maatschappij de aanpak van maatschappelijke vraagstukken hebben uitbesteed en moeten we ons er productief toe kunnen verhouden. Het is dan wel handig om te weten hoe deze beslissingen genomen en uitgevoerd worden, welke keuzes mogelijk zijn en welke rol we zelf kunnen spelen in dat proces. Bestuurskunde is een interdisciplinaire wetenschap waarin inzichten vanuit verschillende disciplines worden geïntegreerd om maatschappelijke vraagstukken te analyseren en te helpen oplossen. Meer concreet gaat het over de aanpak van maatschappelijke vraagstukken (bv. armoede, migratie en integratie, sociale mobiliteit, globalisering, duurzaamheid etc.): Hoe zitten deze vraagstukken in elkaar, welke publieke, private en maatschappelijke partijen zijn er bij betrokken? Hoe kan collectieve actie georganiseerd worden in een complexe, dynamische en hybride wereld, waar de belangen, waarden en institutionele logica’s van partijen geregeld botsen? Hoe maak je een plan van aanpak (beleid) en hoe brengen organisaties in de publieke sector deze in de praktijk (management)? Al deze vraagstukken staan centraal in deze minor.

Deze minor bestuurskunde bouwt dus enerzijds verder op de bestaande kennis van studenten uit hun voorlopleiding en zorgt anderzijds voor een verdieping en uitbreiding van kennis over het onderzoeksobject van de bestuurskunde, het openbaar bestuur. Concreet bestaat de minor uit drie afzonderlijke vakken, die elk op verschillende aspecten van het openbaar bestuur ingaan. In de inleidende module gaat het vooral over de vraag of en waarom een openbaar bestuur nodig is, en hoe dat georganiseerd moet en kan worden. De twee vakken die daarop volgen besteden aandacht aan de werking van het openbaar bestuur. De module Beleid gaat dieper in op de wijze waarop beleid tot stand komt, hoe het wordt uitgevoerd en welke resultaten het bereikt. De module Management gaat enerzijds in op algemene inzichten uit de management-, organisatie- en leiderschapsliteratuur en richt zich anderzijds op de bijzondere kenmerken van deze processen in publieke organisaties.

Module 1: Inleiding Bestuurskunde
Deze module biedt een kennismaking met de centrale thema’s (wat is bestuurskunde, welke actoren zijn betrokken bij de aanpak van maatschappelijke vraagstukken en hoe doen zij dat?) en het bestuurskundige begrippenkader. Het vak geeft basiskennis over hoe het openbaar bestuur is georganiseerd en welke principes en opvattingen daaraan ten grondslag liggen, terwijl ook onderwerpen en uitkomsten van bestuurskundig onderzoek in de afgelopen decennia aandacht krijgen. Daarbij wordt ingegaan op de ontwikkeling van de bestuurskunde als wetenschappelijke discipline.

Module 2: Inleiding Beleid
Hoe komt een maatschappelijk vraagstuk op de politieke agenda? Hoe wordt het beleid geformuleerd gericht op de aanpak van zo’n vraagstuk en hoe vindt de besluitvorming daarover plaats? Wat gebeurt er bij de uitvoering van het beleid? Dit vak biedt een kennismaking met de belangrijkste begrippen, inzichten en theoretische benaderingen van (overheids)beleid. Aan de hand van het fasenmodel - de beleidscyclus - worden die uiteengezet en toegepast. Centraal staat de vraag hoe beleid ‘werkt’. Speciale aandacht krijgt dan ook de relatie tussen beleid-op-papier en beleid-in-de-praktijk. Ook wordt ingegaan op vraagstukken van implementatie en evaluatie.

Module 3: Inleiding Publiek Management
Publieke organisaties worden gekenmerkt door een eigensoortige dynamiek, waarbij deze organisaties vaak worden geconfronteerd met specifieke eisen uit de relevante (deel)omgeving(en), en met specifieke opvattingen over wat passende structuren, strategieën, etc. zijn. Het managen van publieke organisaties vereist dan ook speciale aandacht. Dit vak biedt een breed overzicht van de belangrijkste (bestuurskundige) managementdenkers en - ideeën, en de manier waarop deze ideeën worden geïmplementeerd. Ook zal ingegaan worden op een aantal belangrijke veranderingen die in de afgelopen decennia zijn doorgevoerd in het managen van de overheid, zoals privatisering en de toepassing van marktmechanismen (New Public Management) alsook Collaborative Governance. Inzichten uit de organisatiekunde, de bedrijfskunde en de economie worden gebruikt en kritisch toegepast op publieke organisaties.

Leerresultaten

Na afronding van de drie modulen waaruit de minor bestaat kan de student:

  • de grondslagen en kernthema’s van de bestuurskunde omschrijven;
  • in eigen woorden uitleggen welke rol begrippen zoals democratie, legitimiteit, efficiëntie en rechtszekerheid spelen in het functioneren van het openbaar bestuur en het beoordelen daarvan;
  • de ideaaltypische fasen van het beleidsproces herkennen (beleidscyclus);
  • de rationele, politieke, culturele en institutionele benadering op beleid omschrijven;
  • de benaderingen toepassen op de beleidsvorming, implementatie en evaluatie van maatschappelijke vraagstukken;
  • de organisatie en werking van het openbaar bestuur en recente veranderingen daarin in kaart brengen;
  • de kenmerkende verschillen tussen publiek en privaat management uitleggen en toepassen;
  • uitleggen waarom het openbaar bestuur een complex (hybride) systeem is;
  • uitleggen waarom maatschappelijke vraagstukken om een interdisciplinaire analyse vragen; en,
  • de kennis uit de modulen toepassen in het analyseren en beoordelen van (actuele) maatschappelijke vraagstukken door het openbaar bestuur.

Goed om te weten

  • De colleges van de minor worden in het Nederlands gegeven;
  • Een groot deel van de literatuur is echter in het Engels;
  • De nadruk ligt op zelfstudie waarbij de colleges uitdrukkelijk bedoeld zijn voor nadere toelichting op de hoofdlijnen (theoretisch en via praktijkvoorbeelden), verdieping en verbreding dienen door studenten zelfstandig in de literatuur gezocht te worden;
  • In de colleges wordt veel aandacht aan praktijkvoorbeelden gegeven;
  • De minor wordt aanbevolen aan WO bachelorstudenten van andere opleidingen die daarna een master bestuurskunde aan de EUR willen doen. In de meeste gevallen volstaat deze minor voor toelating daartoe;
  • De minor staat tevens open voor studenten die via een premasterprogramma toegelaten willen worden tot het masterprogramma Bestuurskunde.

Onderwijsmethode en toetsing

Onderwijswerkvormen
Offline Hoorcolleges (enkel on campus onderwijs), zelfstudie, oefeningen via een proeftentamen op Canvas.

Onderwijsmateriaal

Module 1:

  • Van den Berg, C.F., M.A. van der Steen & L.G. Tummers (2021). Openbaar Bestuur. Beleid, organisatie en politiek, Deventer: Wolters Kluwer, isbn 9789013159929 (10e druk – De meest recente druk wordt gebruikt – indien er dus in 2024 een nieuwe druk is, wordt die gebruikt.)
  • Artikelen en hoofdstukken op Canvas

Module 2:

  • Bekkers, V.J.J.M. (2017). Beleid in beweging, Den Haag: Boom (derde druk ).
  • Artikelen en hoofdstukken op Canvas.

Module 3:

  • Rainey, H.G.; Fernandez, S. & Malatesta, D. (2021). *Understanding and Managing Public Organizations.*Wiley, ISBN: 9781119705895, (6xth edition).
  • Aanvullende literatuur op Canvas

Wijze van tentaminering
Ieder van de drie modules wordt getentamineerd door middel van een schriftelijk tentamen afgenomen via laptops/PC’s. Daarbij wordt deels gebruik gemaakt van MC vragen en deels van open essay vragen.

Samenstelling eindcijfer
Module 1: 33%; Module 2: 33%; Module 3: 34%
Om te slagen dient voor elke module minstens een 4 behaald te worden en over de modules heen minstens een 5.5.

Bronnen

Aanvullende informatie

  • Studiepunten
    ECTS 15
  • Niveau
    bachelor
  • Selectie minor
    Nee
Als er nog iets onduidelijk is, kijk even naar de FAQ van Erasmus University.
Er is momenteel geen aanbod voor studenten van TU Delft